Christian Chevillot organise volontiers des reconstitutions historiques en costumes gaulois (Photo: dr)
Christian Chevillot et son association d’archéologie seront à St-Méard-de-Drône
Il a ….. beaucoup travaillé sur des sites gallo-romains en val de Dronne, et les découvertes, exposées actuellement au musée Vesunna, ont fait l’objet d’un livre publié cette année. Il y a trouvé de quoi étayer la thèse de la présence de cultes orientaux arrivés jusqu’ici. De quoi lancer bien des débats.
Anthony Everitt, in Leiden, op 16 november j.l.: ‘Cicero is een veelzijdiger, sympathieker mens’ (Foto: Merlijn Doomernik)
De oudheid raakt in de vergetelheid. Om het tij te keren schrijft de Britse historicus Anthony Everitt er veel over. Zijn nieuwe boek gaat over de eerste eeuwen van Rome: ‘Ik ben een brug tussen wetenschap en leek.’
Everitt verklaart het succes van Rome mede aan de hand van het feit dat persoonlijke glorie alleen behaald kon worden door de glorie van Rome te vergroten. Daarin verschilden de Romeinen van de hen omringende volken, zegt hij. „En ze waren heel slim in de manier waarop ze met die volken omgingen, nadat ze verslagen waren. Wie zich onderwierp aan de heerschappij van Rome, had uitzicht op het Romeins burgerschap, met alle voordelen van dien.”
Een stenen bank met gaten en eronder een grote latrine, waar meerdere mensen tegelijk hun behoefte konden doen: zo zagen Romeinse toiletten er vaak uit. (Foto: Floris Lok)
Voor het eerst zijn de toiletten en de riolen uit de Romeinse tijd uitgebreid onderzocht. Ze leveren onthullende gegevens op over de poep- en plasgewoontes in het ooit machtigste rijk op aarde.
Het stonk tweeduizend jaar geleden enorm op de toiletten, dat weet archeologe Gemma Jansen zeker. Zij is verantwoordelijk voor de verzamelde onderzoeksresultaten van de afgelopen jaren op het gebied van Romeins sanitair. “Rioleringen bestonden in eerste instantie bijna niet, dus de ontlasting kon nergens heen. Het werd verzameld in de grote beerput onder de toiletzitting, de latrine”. Jansen begon zo’n twintig jaar geleden met haar onderzoek naar sanitair in de oudheid, een tot haar grote verrassing vrijwel braakliggend terrein. Tot dan toe was het onderwerp nog vrijwel onbesproken in de archeologie, een toch al enkele eeuwen bestaande wetenschap.
Romeinse kam van buxushout met 37 fijne tanden en 18 grove tanden, opgegraven in Vechten.
In het Romeinse fort Vindolanda, aan de Muur van Hadrianus in Noord-Engeland, zijn al 61 houten kammen gevonden, in de afvalhoop van het Zwitserse legerkamp Vindonissa 37 en in het Nederlandse fort Vechten onlangs nog twaalf dubbelzijdige exemplaren.
3D reconstructie van de woonhuizen met winkels langs de hoofdstraat van Forum Hadriani. (Tekening: Mikko Kriek)
Forum Hadriani, de oude Romeinse stad bij Voorburg, was geen Wassenaar.
Forum Hadriani is in 1827 ontdekt. De archeologische opgraving was het werk van Caspar Reuvens. Hij was de eerste hoogleraar archeologie ter wereld. Forum Hadriani werd al snel het ‘Nederlandse Pompeii’ genoemd. Door de hoge grondwaterstand en de klei zijn niet alleen stenen huismuren, maar is ook hout bewaard gebleven, onder meer van de kade van een insteekhaven.
Romeins olielampje uit Haltern (Uit besproken boek)
Drijvende stukken veen! Varen in uitgeholde stammen! Die wadden en die terpen!
Op elke bladzijde van De rand van het rijk komt het verleden tot leven. De ‘Romeinologie’ in de Lage Landen bloeit dankzij bewijzen uit alle hoeken en gaten. Van jaarringonderzoek tot visgraatanalyse.
Recon-structie van Romeinse legionair (Illustraties uit de rand van het rijk)
De Romeinen beschouwden de Lage Landen en Germanië als een buitenschil die het hart van hun beschaving moest beschermen.
De rand van het Rijk gaat over meer dan wat nu Amsterdam en Nederland is. Voor de auteurs strekten de Lage Landen zich in de Romeinse tijd uit over Noord-Frankrijk, België, Nederland en West-Duitsland, van de Somme tot aan de Weser. Ze laten hun geschiedenis in 57 voor Christus beginnen met Julius Caesar en zijn Gallische Oorlog.
In Utrecht zijn vandaag zo’n honderd fragmenten van houten Romeinse schrijfplankjes gepresenteerd. Die maakten waarschijnlijk deel uit van het archief van het Romeinse fort Fectio in Bunnik-Vechten.